In de aangifte inkomsten- en vennootschapsbelasting kun je tegenwoordig te maken krijgen met cryptovaluta (zoals de bitcoin), maar hoe moet je hier in jouw belastingaangifte nou precies mee omgaan?
Prive - Inkomstenbelasting box 3
Indien je als particuliere belegger in het bezit bent van cryptovaluta moet je dit aangeven in de aangifte inkomstenbelasting bij de bezittingen in box 3. Daarbij geef je de waarde in het economisch verkeer aan op 1 januari (de peildatum) van dat betreffende jaar. Het beste is eigenlijk om op 00:01 van het nieuwe jaar, direct na het nuttigen van een slokje champagne, te kijken naar de waarde van jouw cryptovaluta en dit op te slaan (bijvoorbeeld door het maken van een screenshot).
Prive - Inkomstenbelasting box 1
Maar wat nu als je niet alleen maar afwacht wat de koers doet maar ook extra arbeid verricht? Dan verschuiven de resultaten uit box 3 naar box 1 en worden de resultaten progressief belast. Heb je bijvoorbeeld een bepaalde voorkennis, ben je aan het minen (transacties verifiëren op de blockchain), of beheer je crypto van derden, dan geef je de resultaten daarvan op als winst uit onderneming of als resultaat uit overige werkzaamheden.
Onderneming - Vennootschapsbelasting
Een andere mogelijkheid is om via de B.V. te beleggen in crypto. De waarde die je in de jaarrekening dan moet aangeven is of de aankoopwaarde of de beurswaarde. Hierbij geldt wel dat gekozen is gekozen (bestendige gedragslijn). Indien de crypto tegen aankoopwaarde wordt gewaardeerd betaal je pas belasting op het moment dat je de crypto weer verkoopt. Indien er tegen beurswaarde wordt gewaardeerd betaal je elk jaar belasting over de waardestijging. Op het moment dan het behaalde rendement weer naar prive gaat moet dat via een dividenduitkering en wordt er nog een AB-heffing van 26,90% in rekening gebracht.
Vermogen in prive of in onderneming (B.V.)?
In de inkomstenbelasting wordt het vermogen belast tegen een fictief rendement, zolang dit in box 3 wordt aangegeven. Koersstijgingen gedurende het jaar worden dan niet belast. In de B.V. wordt alleen het werkelijk behaalde rendement belast en daar betaal je dan ook alleen belasting over. Op het moment dat het vermogen weer naar prive gaat betaal je vervolgens weer AB-heffing. Daarnaast zijn er nog extra kosten verbonden aan de B.V. omdat er dus jaarlijks een jaarrekening moet worden opgesteld. Heel simpel gezegd geldt als vuistregel: bij hoge rendementen is beleggen in prive voordeliger en bij lagere rendementen is de B.V.-structuur aantrekkelijker.
Wil je hier nou meer over weten? Neem contact op met je adviseur.
