In dit artikel zijn de hoofdregels opgenomen voor de aftrekbaarheid van eten en drinken in de omzetbelasting (OB) en inkomstenbelasting (IB).
1. Omzetbelasting
De aftrekbaarheid van de btw is afhankelijk van de situatie. Is het voor eigen gebruik? Is het voor het personeel? Wordt de prestatie doorbelast aan een derde? En waar wordt gegeten en gedronken?
OB: eten en drinken eigen gebruik
De kosten die een ondernemer voor zichzelf maakt door bijvoorbeeld eten in de supermarkt te kopen, zijn privékosten. De btw op eten en drinken is dan niet aftrekbaar.
OB: eten en drinken in horecagelegenheid
Betaalde btw voor eten en drinken voor het personeel, zakenrelatie of voor de ondernemer zelf is niet aftrekbaar wanneer gegeten en gedronken wordt in een horecagelegenheid. Daarvan is sprake als de spijzen en dranken ter plaatse worden gebruikt in een hotel, pension, café, restaurant of aanverwant bedrijf door personen die daar voor een korte periode verblijf houden.
OB: eten en drinken doorbelasten aan een derde
Betaalde btw voor eten en drinken is wél aftrekbaar, wanneer je deze goederen niet afneemt als eindgebruiker. Dit is het geval wanneer je deze prestatie doorbelast aan een derde, waarbij je btw in rekening brengt. Op de factuur geef je dan aan dat het gaat om het verstrekken van eten en drinken voor gebruik ter plaatse. Op deze manier is het voor afnemers duidelijk dat zij over deze prestatie geen recht hebben op aftrek van voorbelasting.
OB: eten en drinken voor het personeel
Als een cateraar het eten en drinken verzorgt bij een gelegenheid voor het personeel (nieuwjaarsreceptie, jubileumfeest) in een ruimte die daarvoor speciaal is ingericht, zoals een partytent of een afgehuurde ruimte, dan is de btw niet aftrekbaar.
Als sprake is van een bedrijfskantine in eigen beheer, is de btw op eten en drinken wél aftrekbaar als de hoogte van de vergoeding die het personeel voor het eten en drinken betaalt zodanig hoog is, dat geen sprake is van een bevoordeling van het personeel.
Ook als de ondernemer eten laat bezorgen of afhaalt en gratis of tegen te lage vergoeding aan het personeel verstrekt, is de btw aftrekbaar, maar moet de bevoordeling worden gecorrigeerd.
Om vast te stellen of er sprake is van bevoordeling van het personeel, klik dan HIER voor meer informatie daarover.
Als de bevoordeling per werknemer op jaarbasis meer is dan € 227 (exclusief btw), moet je de betaalde btw over de kosten voor deze personeelsvoorzieningen corrigeren. Een rekenmethode vind je HIER.
OB: horecabedrijf
De btw op de inkoop van ingrediënten door een horecabedrijf is aftrekbaar als voorbelasting. Dit als het horecabedrijf deze goederen in de onderneming gebruikt voor het tegen betaling uitserveren van maaltijden en drank.
2. Inkomstenbelasting
In de inkomstenbelasting zijn er regels voor zakelijke uitgaven. Zakelijke uitgaven zijn de uitgaven gedaan met het oog op de zakelijke belangen van je onderneming. Uitgaven gedaan vanuit privébedoelingen zijn niet aftrekbaar van de winst.
Als de uitgaven voor voedsel en drank zijn gedaan met het oog op zakelijke belangen van de onderneming, komen deze uitgaven in aftrek op de winst. Er gelden echter wettelijke aftrekbeperkingen waarmee je bij de bepaling van de fiscale winst uit onderneming rekening moet houden.
Bij de toepassing van de aftrekbeperking heb je de keuze uit 2 mogelijkheden:
1. Een aftrek van 80% toepassen.
2. Een bedrag van € 5.600 (2024) bij de winst tellen en alle kosten in aftrek brengen.
Voor het jaar 2023 gold een bedrag € 5.100. Voor eerdere jaren gelden andere bedragen.
Tip
Deze regels gelden niet alleen voor 'winst uit onderneming'. Ze zijn ook van toepassing op de inkomenscategorie 'resultaat uit overige werkzaamheden'. Daarnaast zijn de regels ook van toepassing op de vennootschapsbelasting (Vpb). Maar voor de Vpb geldt geen percentage van 80%, maar 73,5%.
