Duidelijkheid over aanpak schijnzelfstandigheid door de Belastingdienst
Nieuws - 2 september 2024

Duidelijkheid over aanpak schijnzelfstandigheid door de Belastingdienst

Volgend jaar wordt het handhavingsmoratorium opgeheven en kan de Belastingdienst weer op normale wijze corrigeren op schijnzelfstandigheid. Maar hoe pakt de Belastingdienst dat aan? Het marktteam van de Belastingdienst, dat bestaat uit onder andere fiscalisten, controlemedewerkers en contactpersonen voor fiscaal dienstverleners, probeert daar duidelijkheid over te geven.

Wat is schijnzelfstandigheid

Schijnzelfstandigheid betekent dat iemand zich presenteert als zelfstandige, terwijl volgens het arbeidsrecht sprake is van een dienstverband. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om betalen van belasting en/of premies te ontwijken.

Interview

In een interview op de internetsite 'Over de Belastingdienst' wordt onder andere ingegaan op de volgende aspecten:

-  waarom de Belastingdienst de handhaving op schijnzelfstandigheid pauzeerde,
-  hoe schijnzelfstandigheid zich uit in verschillende sectoren,
-  hoe oneerlijke concurrentie is te voorkomen,
-  over de samenwerking met koepelorganisaties, branchevertegenwoordigers of vakverenigingen, bij het zoeken naar alternatieve oplossingen.

Klik voor meer informatie HIER.

Handhavingsplan arbeidsrelaties 2024, perspectiefnota en memo

De ambitie om het handhavingsmoratorium arbeidsrelaties uiterlijk per 1 januari 2025 op te heffen wordt uitgewerkt in:

-  handhavingsplan arbeidsrelaties tranche 2024,
-  perspectiefnota handhaving arbeidsrelaties,
-  memo handhaving arbeidsrelaties - richtlijnen doorwerking IH en OB.

Deze informatie staat HIER.

Vergadering Kamer omtrent handhavingsmoratorium

Op 5 september komt het opheffen van het handhavingsmoratorium Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA) aan de orde in de Kamer (zie HIER). Bij de stukken staat een Position Paper van de Vereniging Zelfstandigen Nederland (VZN).

De VZN vindt de ontstane onrust ongewenst, en is tegen opheffing van het moratorium zolang er geen nieuwe regelgeving is, in de vorm van een rechtsvermoeden van werknemerschap met een daarbij horende tariefgrens als richtsnoer voor handhaving. En die nieuwe regelgeving wordt niet voor 2026 verwacht.

Worg vervolgd.