Vorige week zijn we ingegaan op de spaartax (box 3 heffing). De jaarlijkse opbrengst daarvan is 4,5 miljard.
Niet de gehele opbrengst staat nu ter discussie. Het gaat enkel om die situaties waarbij het werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement. Is het werkelijke rendement hoger dan het forfaitaire rendement, dan staat de belastingopbrengst dus vast. Dat komt er op neer dat de spaartax ook slechts gedeeltelijk zou hoeven te vervallen.
Medio april 2022 zal de staatssecretaris met voorstellen komen. Dat betreft enerzijds de compensatie en anderzijds de toekomst van belastingheffing over (opbrengsten van) vermogen.
In 2017 is de vermogensmix ingevoerd. Gesteld kan ook worden, dat als die wijziging in 2017 niet zou zijn doorgevoerd, de Hoge Raad waarschijnlijk tot een ander oordeel zou zijn gekomen.
De vraag is of er dit jaar nog zo iets mogelijk is als het bedenken en invoeren van een alternatief systeem. Vanuit de politiek gaan i.e.g. stemmen op om de rekening neer te leggen bij belastingplichtigen met een (zeer) hoog (zeer) renderend vermogen.
De vraag is tevens wat de compensatie zal zijn. Aangenomen mag worden dat er een regeling komt waarbij er een forfaitaire compensatie komt eventueel aangevuld met een tegenbewijsregeling. En afhankelijk van de omvang en het financiële belang zal dan worden beoordeeld of deze ook gaat gelden voor de groep die niet in bezwaar is gegaan, maar voor wie dit ook op gaat.
Wilt u (nog) bezwaar maken tegen de spaartax, klik HIER voor een model bezwaarschrift.